Juridische context van de Raad van Bestuur
De aansprakelijkheidsregeling van verenigingen wordt opgelegd door artikel 15 van de Organieke Wet van Verenigingen ('artículo 15 de la Ley Orgánica de Asociaciones'). Er zijn drie soorten bestuurdersaansprakelijkheid:
- Wettelijke aansprakelijkheid is de verplichting om schade te vergoeden die ontstaat als gevolg van de schade die wordt veroorzaakt door de schending van een contract (contractuele aansprakelijkheid) of om de schade te herstellen die wordt veroorzaakt aan een ander met wie er geen voorafgaande band was (niet-contractuele aansprakelijkheid).
- Administratieve aansprakelijkheid is de verplichting om administratieve inbreuken te compenseren, wat inbreuken zijn die een overheidsdienst kan uitvoeren krachtens zijn sanctiebevoegdheid (bijvoorbeeld boetes).
- Strafrechtelijke aansprakelijkheid betekent dat een bestuurslid strafrechtelijk aansprakelijk kan worden gesteld voor misdrijven die namens hem of andere bestuursleden worden gepleegd.
In het algemeen is het zeer belangrijk om erop te wijzen dat in alle hierboven beschreven juridische aansprakelijkheden, individuele bestuursleden alleen individueel aansprakelijk zijn voor schulden, boetes of criminele activiteiten als ze opzettelijk te kwader trouw hebben gehandeld, wat heeft geleid tot schulden, boetes of criminele activiteiten.
Dit betekent ook dat in het geval van slecht bestuur of handelen van een ander bestuurslid dat leidt tot schulden, boetes of criminele activiteiten, waarmee het andere bestuurslid of de andere bestuursleden niet specifiek hebben ingestemd, de andere bestuursleden niet aansprakelijk zijn voor deze handelingen. Alleen als de verantwoordelijkheid voor slecht bestuur niet kan worden toegeschreven aan een specifiek lid of eigenaar van de bestuurs- en vertegenwoordigingsorganen, zijn ze allemaal hoofdelijk aansprakelijk, tenzij ze kunnen bewijzen dat ze niet hebben deelgenomen aan de goedkeuring en uitvoering ervan of dat ze zich er uitdrukkelijk tegen hebben verzet.
In het geval dat de omstandigheden van fraude, schuld of nalatigheid in het gedrag van de bestuurders niet samenvallen, zal de verantwoordelijkheid alleen bij de vereniging liggen.
Het bovenstaande is de reden waarom een adequate opstelling van de notulen van de Raad van Bestuur is gegarandeerd, waarin niet alleen de aangenomen bestuursovereenkomsten worden vermeld, maar ook het resultaat van de stemmingen en de aanwezigen op de vergadering. Dit vormt voldoende bewijs om aan te tonen wie voor en tegen de gemaakte afspraken heeft gestemd.
Bronnen: CEconsulting & CEAFA